|
Op 1 januari 2015 ging de werkkostenregeling of WKR officieel van ingang. Waar ervoor nog veel werkgevers waren die het oude systeem toepasten en evenveel werkgevers waren die al overgeschakeld waren, was er nu geen keuze meer mogelijk en moest iedereen overschakelen naar het nieuwe regime. De werkkostenregeling kwam er dan ook in 2011 als antwoord op klachten van werkgevers. Ervoor waren er een heleboel verschillende regels omtrent vergoedingen en verstrekkingen voor werknemers. Zo was er bijvoorbeeld een verschillende regelgeving voor mobiele telefoons en computers van de zaak als voor het fietsplan en de bedrijfsfitness. Dit maakte het niet makkelijk voor de werkgevers. De WKR moest deze wirwar aan regels vervangen en bundelen in één collectieve regelgeving. De regeling besliste dat 1,4% van de totale fiscale loonsom van een bedrijf besteed mocht worden aan vergoedingen en verstrekkingen voor werkgevers. Maar bedrijven werden dus nog niet meteen verplicht dit toe te passen, ze krijgen tot 1 januari 2015 de tijd om zich aan te passen en te wennen aan de nieuwe regeling. Om de overstap makkelijker te maken, deden veel bedrijven beroep op een kantoor voor loonservice. Dit zijn specialisten in alles wat met salarisverwerking te maken heeft, ze zijn op de hoogte van alle regels, zowel die in de WKR als in cao’s en andere wetgevingen. En dat was geen overbodige luxe, want voor de verplichte invoering in 2015 werden er nog enkele wijzingen doorgevoerd. Zo werd de vrije ruimte in de totale fiscale loonsom verlaagd naar 1,2% van de totale loonsom. Maar er werden ook enkele producten vrijgesteld zoals laptops en telefoons, waardoor het er in de praktijk op neerkwam dat het budget net groter werd. Ook hoeft een werknemer nog slechts één maal per jaar in te geven wat de verschuldigde belasting was, ervoor moest dat voor elk aangiftetijdvak. |
| http://www.cbbs.nl |
